‘k Heb mijn wagen volgeladen

'k Heb mijn wagen volgeladen, vol met oude wijven;
Toen ze op de marrekt kwamen, begonnen zij te kijven.
Nu neem ik van mijn levensdagen
Geen oude wijven op mijn wagen!
Hop, paardje, hop!

'k Heb mijn wagen volgeladen, vol met oude mannen:
Toen ze op de marrekt kwamen, ze gingen samenspannen.
Nu neem ik van mijn levensdagen
Geen oude mannen op mijn wagen!
Hop, paardje, hop!

'k Heb mijn wagen volgeladen, vol met jonge meisjes;
Toen ze op de marrekt kwamen, zongen zij als sijsjes!
Nu neem ik van mijn levensdagen
Steeds jonge meisjes op mijn wagen!
Hop, paardje, hop!